Emissieloos en emissiearm bouwen, hoe besteed je dat aan?
Maandag 17 juli 2023
Van de circa 300.000 stuks groot materieel die de infra in ons land momenteel rijk is, is slechts maximaal ca. 1% elektrisch c.q. emissieloos. Dat percentage moet omhoog en kan ook omhoog, maar niet van de ene op de andere dag en niet zonder een gezamenlijke inzet van bouwer én opdrachtgever. Landelijk wordt er gewerkt aan ingroeipaden tot 2030 (SEB; ingroeipaden ‘basis’, ‘peloton’ en ‘koplopers’). Dit is belangrijk om als sector grote stappen te kunnen maken en emissieloos bouwen op landelijke schaal te stimuleren. Enkele gemeenten nemen inmiddels het voortouw om nú al te gunnen op emissieloos en emissiearm materieel in een aanbesteding. Op die manier kan de markt wennen en stap voor stap investeren.
De milieudoelstellingen van Nederland zijn inmiddels genoegzaam bekend: om uiterlijk in 2050 klimaatneutraal te zijn, scherpt het kabinet het doel voor 2030 aan tot tenminste 55% CO2-reductie. Om dat doel zeker te halen, richt het kabinet het beleid op 60% CO2-reductie in 2030. Veel opdrachtgevers zijn zich bewust van de te behalen verduurzamingsdoelen en willen hiernaar handelen. Daarnaast speelt in veel gevallen vooral ook de stikstofproblematiek. Naast het toepassen van volledig elektrisch materieel, kan de lokale CO2-uitstoot en stikstofuitstoot worden beperkt door het aandeel Stage V- en Euro 6-materieel te verhogen. Er zijn in elk geval grote investeringen nodig en een andere manier van werken, en dat kan niet zonder de opdrachtgever.
Actuele situatie en overwegingen voor een aannemer
Aannemers die willen investeren in duurzaam materieel lopen tegen een aantal zaken aan:
- kleiner elektrisch materieel is in veel gevallen redelijk verkrijgbaar, groter materieel nog beperkt. De levertijd op veel elektrisch materieel is momenteel echter circa 18 maanden.
- een elektrische machine is gemiddeld 3x duurder dan een traditionele machine. Afhankelijk van het type werk en de zwaarte van het in te zetten materieel geeft dit substantiële meerkosten voor de opdrachtgever voor de totale aanneemsom.
- de gebruiksfrequentie van elektrisch materieel is onzeker door te weinig aanbod van langdurige projecten of het ontbreken van een duidelijke projectenkalender van opdrachtgevers. Daarnaast wordt er vaak nog onvoldoende gegund op duurzaamheid waardoor het niet loont om duurzamer materieel in te zetten.
- de wachttijd voor bouwstroom op het werk kan oplopen tot ca. 12-14 maanden. Zonder bouwstroom of andere goede laadvoorziening is het heel complex een werk volledig met elektrisch materieel te realiseren.
- het werken met elektrisch materieel is voor veel bedrijven nog geen business as usual. Een meedenkende en flexibele houding van overheid en opdrachtgever bij probleemoplossing en de uitvoering van werken, vormt een randvoorwaarde voor infra-aannemers om tot een succesvolle emissiearme en emissieloze uitvoering te kunnen komen.
Hoe kan de opdrachtgever de inzet van duurzaam materieel bevorderen?
- Selecteer een beperkt aantal projecten die ‘echt emissieloos moeten’ en voer de rest van de projecten ‘zo emissiearm mogelijk uit’.
De capaciteit in de markt om werken volledig emissieloos uit te voeren is nog lang niet toereikend voor alle projecten en sommige zwaardere materieelstukken zijn nog niet emissieloos voorhanden. Bepaal kritisch waar en op welke projecten u zero- of emissiearm uitvraagt. En kijk hoe het bij de andere projecten zo duurzaam mogelijk kan. Bovenmatige uitvraag van (zeldzame) emissieloze materieelstukken kan uw collega-opdrachtgevers in problemen brengen. N.B.: om aan de vereisten uit de Aerius-berekening te kunnen voldoen, kan deels ook met Stage V- en Euro 6-materieel worden gewerkt die voldoen aan strengere emissie-eisen.
- Vraag als opdrachtgever zo vroeg mogelijk bouwstroom aan.
Tijd is een belangrijke factor bij zowel levertijden van elektrisch materieel als bij het aanvragen van bouwstroom en laadvoorzieningen. Goed plannen schept ruimte en maakt meer mogelijk. Vraag als opdrachtgever dus zelf zo vroeg mogelijk een aansluiting voor bouwstroom aan. De aansluittermijn voor tijdelijke laadpunten is nu zo'n 12-14 maanden. Probeer bij de aanvraag al gebruik te maken van de kennis van de markt over de benodigde vermogens in de verschillende bouwfasen (bijv. grondverzet en funderingswerk vragen grote vermogens). Monitor de functionaliteit van de laadinfrastructuur tijdens de uitvoering en zoek samen naar een oplossing bij problemen op dit gebied.
- Vraag duurzame uitvoering uit via de beste prijs-kwaliteitverhouding BPKV.
Hoe reduceert de aannemer de traditionele uitstoot? Laat de markt de oplossing zoeken; bijvoorbeeld via EMVI/BPKV.
- Reserveer extra budget voor duurzame uitvoering.
Gemiddeld is het tot 20% van de aanneemsom duurder voor een OG om met elektrisch materieel te werken.
- Consulteer vooraf de markt over beschikbaarheid in de uitvoeringsperiode.
Sommige zwaardere of specialistische materieelstukken zijn zeer schaars of nog niet emissieloos voorhanden. Inzetbaarheid van dit materieel zal sterk afhankelijk zijn van de uitvoeringsperiode.
- Bied meerjarig perspectief voor de inzet van duurzaam materieel op basis van ingroeipaden van SEB-convenant.
Investeringen in emissieloos en emissiearm materieel zijn alleen lonend als zij met regelmaat ingezet kunnen worden. Een consistente vraag naar inzet van duurzaam materieel biedt opdrachtnemers een goede basis. Sluit hierbij aan bij het SEB-convenant en de ingroeipaden en governance zoals die daarin zijn overeengekomen. Het is belangrijk hier als opdrachtgevers zoveel mogelijk één lijn te volgen en versnippering tegen te gaan.
- Meewerkende flexibele houding bij uitvoering.
Emissiearm en emissieloos bouwen zit nu nog in een innovatiefase. Een meewerkende en flexibele houding van opdrachtgever en overheid bij onverwachte zaken helpt om tot een succesvolle duurzame uitvoering te kunnen komen. Sluit voor technische en veiligheidsvraagstukken aan bij de kennis van een aantal platforms op dit gebied zoals bijv. ENI en KOMAT.
Gerelateerd nieuws
Aannemers elektrificeren 'en masse' hun bouwmachinevloot. Wat voor beleid hanteren ze daarbij? Wat zijn de grootste uitdagingen? Materieelmanagers van grote en middelgrote bouwers staan voor dilemma's en keuzes. Zo ook Gerard van der Veer, manager verduurzaming materieel bij GMB. "Voorlopig zitten we nog met een onrendabele top en blijft het werken met emissieloos materieel duurder."
Koninklijke Oosterhof Holman lanceert, samen met Genpower BV, Van Staveren geeft energie, Ohpen Ingenieurs & Innovators, en ENTRANCE - Centre of Expertise Energy, het kennisplatform bouwenopwaterstof.nl. Het nieuwe platform is opgericht om kennis en ervaring te delen over de toepassing van waterstoftechnologie op bouwplaatsen. Bouwend Nederland en Emissieloos Netwerk Infra zijn ondersteunende partners van deze nieuwe site.
Vanaf 1 januari 2025 mogen in een groot aantal gemeenten geen vervuilende bedrijfsauto's of vrachtwagens het stadscentrum meer in. Al in 2019 werden hierover afspraken gemaakt in het Klimaatakkoord. Deze afspraken staan nu ter discussie. In een recent debat deed de VVD een voorstel voor een landelijke uitzondering omtrent deze zero-emissiezones (ZE) voor ondernemers tot 2029. Dit voorstel voor uitstel krijg waarschijnlijk een meerderheid. Hierdoor is onduidelijkheid en onzekerheid ontstaan voor ondernemers.